Zwolle, 25 oktober 2021
Door op de juiste momenten te laden kan een EV-rijder tot 189 euro per jaar besparen. Dat becijferde zonne-energiebedrijf Zonneplan. De voordeligste uren zijn rond 13 en 14 uur 's middags. Ook bevat deze 'middagstroom' in de regel minder CO2. Dat komt doordat de goedkoopste momenten ook de momenten met veel wind- en zonne-energie zijn. 's Avonds tussen 19 en 20 uur is stroom daarentegen juist het duurst en meest vervuilend.
Bij de berekening ging Zonneplan uit van 13.500 km per jaar en een gemiddeld verbruik van 19,2 kWh per 100 kilometer. Het berekende de maximale besparing in twee verschillende scenario's: mensen die dagelijks een uurtje bijladen en mensen die hun accu altijd (vrijwel) volledig leegrijden en weer volladen. In het eerste scenario kan 189 euro bespaard worden door altijd op het goedkoopste moment van de dag te laden. Volledig opladen duurt gemiddeld 5,5 uur. In die situatie kan de EV-rijder 142 euro per jaar besparen, door te laden tijdens de 5,5 voordeligste uren ten opzichte van de 5,5 duurste. Voorwaarde is wel dat men gebruikmaakt van een energiecontract op basis van dynamische tarieven.
Meeste voordeel voor Mercedes EQV 300 Extra
Wie een Mercedes EQV 300 Extra rijdt, profiteert het meest van laden op de voordeligste momenten. Dit is momenteel de minst energiezuinige elektrische wagen. Met een verbruik van 28,1 kWh per 100 kilometer levert dagelijks een uur laden tijdens het goedkoopste uur een besparing van 276 euro per jaar op. Met de Lightyear One die vanaf volgend jaar beschikbaar is en slechts 10,4 kWh per 100 kilometer zal verbruiken, kom je tot een besparing van maximaal 102 euro. In beide gevallen is uitgegaan van het gemiddelde van 13.500 km per jaar.
Minder CO2-uitstoot
Naast de financiële overweging is het ook vanuit duurzaam oogpunt aan te raden om begin van de middag te laden. Op die momenten gaat er met elke opgewekte kWh gemiddeld 162 gram CO2 gepaard. Tijdens het minst duurzame uur, wanneer er relatief veel gas en/of kolen nodig zijn om stroom te maken, ligt de zogeheten koolstofintensiteit op gemiddeld 271 gram per kWh. Dit verschil betekent op jaarbasis een CO2-besparing van maximaal 281 kilo. Dat laatste staat gelijk aan bijna 94.000 colaflessen vol CO2.